19 dagen op water en brood - Reisverslag uit Dubbo, Australië van Jasper Lamers - WaarBenJij.nu 19 dagen op water en brood - Reisverslag uit Dubbo, Australië van Jasper Lamers - WaarBenJij.nu

19 dagen op water en brood

Door: Jasper Lamers

Blijf op de hoogte en volg Jasper

02 Januari 2014 | Australië, Dubbo

Waar waren we ook alweer gebleven, op 13 december in Sydney bij het begin van mijn rondreis door New South Wales en een stukje Queensland. Mijn rondreis bestond kort samengevat uit 2700 km asfalt, 300 km onverharde wegen, 19 Nationale parken (NP), 4 grote steden, 5 dorpen en vele kleine dorpjes waar ik doorheen gereden ben. De hoogtepunten waren Blue Mountains, Kaputar Mountain en Springbrook Moutain. Deze reis werd gekenmerkt door het alleen zijn en een stilte die niet te beschrijven is. Opmerkelijkste dingen die gebeurd zijn, met een 2WD auto verdwalen op een 4WD track (die wegen moet ik dus niet meer onderschatten), een gestolen portemonnee (met bankpassen, rijbewijs, een paar andere passen en wat losgeld) en mijn eerste lekke band. Ik maakte korte dagen, want ik stond op en ging onder met de zon en mijn dag indeling bestond meestal uit 3 uur hiken, naar de volgende plek rijden, 3 uur hiken, wat lezen en slapen. De dingen die ik deze keer gemist heb, maar waar ik echt nog voor terug moet komen zijn de koala (duizenden eucalyptusbomen gezien, maar geen koala), het vogelbekdier en Byron Bay.


Dag 1: Vertrek vanaf Syndey naar de Blue Mountains NP
Deze dag begon met het ophalen van de auto, een Holden (Australische franchise van Opel) Commodore Excutive. Bij het wegrijden werden er al meteen nieuwe elementen geïntroduceerd, linksrijden, een automaat, cruise control, een v6 3800 motor en het rijden in een miljoenenstad. Dit bleken geen problemen en mijn reis naar de Blue Mountains, het bekenste national park buiten Sydney, ging dus voorspoedig. Aangezien het Blue Mountains NP nogal groot is en ik niet alles kon zien, ben ik naar Katoomba gereden, waar het beroemde "echo point" uitkijkpunt is. Dit punt bood, na het wegduwen van vele japanners en chinezen, een uitzicht over een gigantisch stuk van het oerwoud en over the three sisters, dit is een beroemde rotsformatie die ook voorkomt in the mythes van de Aboriginals (die drie zussen maken het uitkijkpunt ook zo beroemd). Ik heb hier iets van 7 uur rondgelopen en ik ben hier een aantal watervallen, veel papegaaien en weinig mensen tegengekomen. Het einde van deze wandeltocht bestond uit het beklimmen van de "gaint stairway", zoals de naam al zegt waren het nogal veel treden. Deze liep langs een van de drie zusters naar echo point en was zeker de moeite waard. S'avonds heb ik ergens op een parkeerplek in het oerwoud geslapen. Hier had ik wederom gezelschap van veel papegaaien.

Dag 2: Lake Burrendong NP
De dag erna ben ik richting de outback gereden. Niet dat je er echt heen kan rijden, maar langzaam maar zeker verandert het landschap in een grote dorre vlakte met rechte wegen en gele korenvelden tot aan het eind van de horizon oftewel, de outback. De outback is ook echt wat je verwacht van een outback, saloons uit 1906 met klapdeuren en een veranda, dorpen waar het aantal inwoners precies vermeldt staat bij binnenkomst, mensen die uit de vorige eeuw lijken te komen, kleine eenmanszaakjes die al jaren geen klanten gehad hebben, cowboys die 300 koeien over de snelweg naar een ander veld brengen, country op alle radiozenders, snelwegen waar de volgende 123 kilometer geen tankstation meer te vinden is (max 61,5 km lopen, zal ik dat risico nemen?), steden die 1636 kilometer van te voren aangegeven staan, overal gele waarschuwingsborden (voor kangoeroes, wombats, wilde paarden, vee, fietsers (op de snelweg), voetgangers, ruiters, runderen, herten, eenden en invaliden), honderden doodgereden kangoeroes, vrachtwagens van 50 meter lang en stof, stof en nog eens stof. Probeer trouwens ook geen rivier te zoeken om af te koelen, want ook al staan ze wel op de tomtom, ze zijn rond deze tijd van het jaar allemaal opgedroogd. Wat wel weer bizar is dat er overal flood ways zijn waar een rivier (die er nu dus nog niet is) de weg 2 max. meter onder water kan zetten. Mensen sterven hier zelfs door omdat ze denken dat ze door een klein plasje water moeten rijden, maar uiteindelijk verdrinken. Het enige groen in de outback zijn de verschillende regenwouden. Bij het betreden van zo'n woud staat wel van te voren aangegeven hoe groot de kans op een bosbrand is, rond deze tijd staat de meter altijd op "very high". Ik heb er ook een gezien toen ik met de auto door het bos reed.
Zo dat was mijn introductie van de outback, ik ben eerst naar Lake Burrendong NP gereden. Hier hoorde ik een aantal kangoeroes wegspringen en na een hele tijd lopen gaven een aantal kangoeroes mij de kans om ze ook te zien (meestal rennen ze weg voordat je ze ziet). Verder nog wat pelikanen gezien, verder niet zoveel omdat de mensen op de camping nogal luidruchtig waren.

Dag 3: Dubbo en Gilgranda
Deze dag ben ik naar Dubbo gereden, want een stukje daarachter zou ik volgens een folder de ultieme outback ervaring krijgen. Nou ik merkte er niks van en ben maar richting het eindpunt van de volgende dag gereden, ik verbleef onderweg in een zielige caravanstandplaats, waar ik ook de enige gast was. De camping stond te koop, maar ik vraag me af of er iemand überhaupt een camping wil runnen in een klein outbackstadje. Ik had wel medelijden met de campingeigenaar, hier eindigt een leven aan opbouwen en onderhouden. Tevens je pensioen, omdat de grond waarop de camping staat ook niet zoveel waard is omdat er 10 meter verder ook een enorme zandvlakte ligt tot aan de horizon. Maar dat is misschien de stadse manier van denken, het lijkt sowieso of de moderne tijd aan de outbackbewoners voorbijgaat.

Dag 4: Kaputar Mountain NP
Dit park was echt de moeite waard! Omdat ik de enige op de berg was was de rust echt een intense beleving. Ik heb hier een wandeling naar de top gemaakt en ben, toen het begon te stormen en te onweren, snel weer naar beneden gegaan. De bliksem sloeg 300 meter naast mij in en het gedonder tussen de bergtoppen is immens. Ik voelde me daar heel klein. Nadat het onweer voorbij was ben ik nog wat verder de berg op gereden en heb hier overnacht. Vooral het uitzicht vanaf een berg over de eindeloze outback was waanzinnig.

Dag 5 en 6: Toowoomba en Brisbane
Hierna wilde ik naar een NP gaan wat, eenmaal daar aangekomen, alleen door overheidsvoertuigen betreden mocht worden. Ik ben maar doorgereden totdat ik bij Toowoomba was en heb hier overnacht op een picknickplek. De dag erna ben ik naar Brisbane gereden. Het is een hele nieuwe stad en er was op het eerste oog weinig te zien en te doen. Het viel mij op dat ik hier heel veel kerken stonden en toen ik langs de anglicaanse kerk liep werd ik uitgenodigd om binnen foto's te maken en te genieten van gratis koffie. Ik kreeg hier een rondleiding van een gepensioneerde professor (ecologie) die mij van alles vertelde over de kerk (die pas was afgerond in 2009), de geschiedenis van Brisbane en Australië in het algemeen. Hij zei ook dat hijzelf ouder was dan 80% van de gebouwen van Brisbane en dat er pas 40 jaar een riolering in gebruik is. Hij wist nog wel een leuke ronde door de stad, die ik vervolgens gelopen heb. Omdat ik de afgelopen dagen vooral in de enorme rust van de nationale parken bivakkeerde was het drukke stadsleven toch even wennen, daarom ben ik s'avonds ook weer naar een park (Tamborine Mt) gegaan (ook omdat 6 uur parkeren 72 dollar kostte).

Dag 7: Tamborine Mountain NP
In dit park heb ik verschillende wandelingen gemaakt tussen de opvallend dichte begroeiing en de bomen van 3000 jaar oud. Hier heb ik ook voor het eerst door een eucalyptus woud gelopen (vanaf dit park liep ik alleen maar tussen de eucalyptusbomen). De reden dat sommige parken zoveel oude bomen hebben, is dat de kolonisten deze woudreuzen niet konden vervoeren door het dichte bos.. Ik heb hier een van de schuwste dieren die ik tot nu ben tegengekomen gezien, de red-necked pademelon. Ten eerste leven ze in dichtbegroeide bossen en ten tweede rennen ze (net zoals eerder vermelde kangoeroes) weg voordat je ze ziet. Deze rennen alleen zo ver dat je ze door de begroeiing nooit kan volgen.

Dag 8: Springbrook NP + Nimbin
In het Sprinkbrook NP heb ik 13 kilometer gelopen van de totale 54 kilometer lange great walk, het pad wat ik liep ging van heuveltop naar het dal naar de volgende heuvel. Het was een bewolkte dag wat de temperatuur ook aangenamer maakt, hierdoor lieten de dieren zich ook meer zien. Ik heb hier reusachtige papegaaien en meerdere hagedissen van 1+ meter gezien. Na dit park ben ik weer naar een camping gegaan, de weg hiernaartoe bestond uit stukken met afdalingen van 25%. De camping was volgens mij een ontmoetingplaats voor de vergeten hippies, welke in een fiat 500 (of vergelijkbaar) slapen en de dag doorkomen met het rollen en nuttigen van sjek. Verderop stonden de oude caravans, waarvan de buitenkanten vol getekend waren met regenbogen en vredesduiven en waar nuttige uitspraken op stonden zoals "no matter what the question is, the answer is chocolate". Later las ik in een boek (Thanks Roel), dat Nimbin een beroemd hippie/drugs-dorp is dat bekend is bij iedere Australiër. Mijn waarnemingen waren dus correct.

Dag 9: Nightcap NP, Byron Bay en Broadwater NP
In het Nightcap NP heb ik uren bij 30 graden gelopen en enorme heuvels moeten beklimmen. Enorm veel eucalyptussen, een local die ik in het bos sprak had die dag al twee koala's gezien, ik niet. Volgens mij was de zomer vanaf deze dag officieel begonnen voor de natuur, vele krekels waren uit de poppen gekomen en maakte tezamen een ondragelijk hard geluid, waardoor de rest van de fauna niet meer te horen/zien was. Na de wandeling ben ik naar Byron Bay gereden, het backpackers stadje. Toen ik binnenreed zag ik overal gehuurde campers en jong volk lopen. Mooie plek om, na een sociaal isolement van een week, wat mensen te spreken. Helaassss kwam ik er hier achter dat mijn portemonnee bij de Minyon Falls gestolen was, ik had deze op goed vertrouwen in dit veilige Australië in de auto laten liggen (dom, dommer, dompst).. Dus daar gingen mijn bankpassen en mijn laatste beetje losgeld. SOS Zevenbergen, hoe kom ik nu aan geld? Gelukkig bestaat er iets als de western Union, dus ik kon op maandag gelukkig aan geld komen, beetje jammer dat ik geen eten en 2 liter water had. Het is illegaal om in de stad te slapen, dus ik was ook gedwongen om weer in een park te slapen. Daar ging mijn Byron Bay weekendje... Na een tijdje rijden bereikte ik het strand en heb daar overnacht onder een geweldige sterrenhemel.

Dag 10: Deliwere NP
Na het strand van Broadwater NP verkend te hebben, alvast naar een NP ten zuiden van de stad waar een Western Union punt zit gereden. Dit NP is ook een strand waar veel leven in de rotsen bleek te zitten (zeesterren in felle kleuren, krabben, vissen etc). s'Avonds vanaf de auto mogen aanschouwen dat twee vogels werden aangevallen door een slang. Op datzelfde grasveld kwam een paar minuten later een niet schuwe kangoeroe aangesprongen. Ik en een Fransoos hebben een hele tijd zitten praten terwijl we foto's maakten op een zeer kleine afstand van het dier en het beest trok zich nergens wat van aan.

Dag 11 en 12: Bundjalung NP, Evans Head, Ulidarra NP, Numbucca Heads en Yarriabini NP
In Bundjalung NP zag ik een sprinkhaan van ±12 cm die het leven uit een krekel van 4 cm zoog, verder zag ik nog wat mieren van een cm of 3 die een levende regenworm aanvielen. Erg interessant om de hongerige natuur eens mee te maken. Na 75 voedselloze uren behoorde ik hier zelf ook toe. Nadat ik in Evans Head aan geld kon komen heb ik dus meteen de supermarkt leeggehaald. Vervolgens richting Ulidarra NP gereden, verdwaalde daar op een 4WD-trial die niet op de gps stond en die ook geen einde leek te hebben. (het einde bleek ook dichtgegroeid). 4WD-trials moeten dus niet onderschat worden in Australië en mijn auto was er zeker niet voor gemaakt, gelukkig geen lekke banden en zonder (al te veel) schade weer de verharde weg bereikt. Doorgereden naar Nambucca Heads om daar een camping te bezoeken.
Kerstavond door gebracht in een park. Er was hier gratis hout voor het kampvuur en ook de BBQ's zijn hier overal gratis. Armoedig kerstmaal, maar iets is beter dan niets. Helaas bestond de avond uit het heen- en weer pendelen naar de auto omdat er steeds kleine buien overkwamen.

Dag 13, 14 en 15: Lake Inner, Dooragan NP, Tapin Tops NP en Barrington Tops NP
Eerste kerstdag, ik probeerde Wi-Fi bij de mac op te pikken, maar nogal veel mensen hadden besloten dat de Mac toch wel het ideale kerstontbijt was. Er was ook geen Wi-Fi, dus ik ben verder gegaan naar Lake Inner. Hier schijnen ruines te zijn van vroegere koloniale tijden, deze bevonden zich helaas op een privé terrein, dus deze highlight heb ik gemist. Hier mijn weg gezocht door de bossen, maar ook op die manier was het meer zelf niet te bereiken. Daarna doorgereden naar het Doorgan NP. Dit was een aangename verrassing, echt een geweldig park. Vanaf de berg had ik een geweldig uitzicht over de haven en de oceaan.
Tapin Tops NP bleek een recreatief park te zijn waar iedereen op dezelfde cm2 rond de watervallen wil zitten. Ik kwam als eerste aan, heerlijk wat een rust, binnen een kwartier stonden er nog 10 auto's aanrijden en iedereen ging stroomopwaarts om op die ene centimeter te zitten. Ik ben dus stroomafwaarts gegaan.
Barrington Tops is volgens mij niet te bereiken via een verharde weg, veel parken zijn dat niet, maar deze weg was veel langer dan gebruikelijk (40 km). Deze dag waren veel 4WD wagens die allemaal in een karavaan achter elkaar aanreden. De zwaaiden allemaal vriendelijk maar dachten waarschijnlijk dat ik gek was met mijn Opel.

Dag 16, 17 en 18: Newcastle, Wyrrabalong NP, Dharug NP, Berowa NP en Pennant Hills Park
Een dagje stad, Newcastle is een stad aan de oceaan en de hier vindt de grootste kolenexport van de wereld plaats. Eerst langs de boulevard gelopen, de binnenstad in, richting de golfbrekers van de haven. Er ging net een schip met 3 loodsboten de haven uit en de binnenkomst van een ander schip werd gecoördineerd door een helikopter. Daarna wederom naar een park gegaan. Dit park is het regenwoud dat het dichtst bij de oceaan ligt. Het zal mij benieuwen, uren over het strand gelopen, geen regenwoud, even op de duinen kijken hoe het is, ow het ligt er aan de andere kant tegenaan. Gezocht naar een ingang, maar die was niet te vinden. Wat ik wel vond was een splinter nieuwe wijk in een inham van het regenwoud. Om de wijk lag 1 grote golfbaan en iedere bewoner had een caddy. De wijk was perfect tot in de puntjes, zelfs de straatnaambordjes waren van natuursteen. Dag erna bleek mijn band lek, maar gelukkig heeft een geëmigreerde Oostenrijker mij geholpen (handig om een auto te huren zonder krik en sleutel voor de moeren). Vervolgens nog een rondje gelopen door het Red Gum Tree Trial, ook over de naam van dit pad hebben ze niet lang na hoeven denken, de stammen waren echt rood.
In Dharug NP een rondje gelopen van 11 Australische km. Daar doe je dus al snel 4 uur over. Ook deze dag was het weer bloedheet en ik was blij toen ik weer bij de auto was (Ze plaatsen hier ook nergens bordjes, dus het is altijd maar de gok of je goed bent gelopen). Ook in de andere parken nog een rondje gelopen, dit park ligt al in een voorstad van Sydney, dus ik zal weer bijna uit mijn rust ontwaken.






Dag 19: Sydney
Laatste dag, s´ochtends een rondje gelopen, s´middags mijn Australische bankzaken op orde gebracht en om 12 uur de auto ingeleverd. Gelukkig kon ik mijn spullen hier een paar dagen laten liggen, want de vrije hostels waren niet meer te vinden. Toen ik in de kroeg stond kwam ik wat Hollanders tegen, leipe avond gehad en ik kon bij hun overnachten.

De eerste twee dagen van het nieuwe jaar heb ik wederom veel gelopen door het centrum. Ik heb ook een bezoekje gebracht aan the Rocks, de pubwijk van Sydney, mooie plek om s'avonds een keertje door te zakken. Het centrum blijft ook prachtig, enorm grote winkels (in oude bankgebouwen) waar bijna niks inligt. Verder nog even gekeken naar een cowboyhoed, ik moet echt zo'n ding hebben. Ik heb nieuwjaarsdag afgesloten in de bios en heb overnacht in het hostel waar ik eerder ook al verbleef. 2 Januari kon ik eindelijk mijn spullen weer ophalen bij het verhuurbedrijf en ben meteen gaan zoeken naar een kamer, welke ik ook heb gevonden. 2,3 km van mijn werk vandaan, 16 m2 en een eigen balkon, 4 huisgenoten en de rest van het huis is ook prima.

  • 02 Januari 2014 - 11:33

    Olga:

    Hoi Jasper,
    Aller eerst de beste wensen voor 2014 gewenst. Wordt nog even hard afstuderen voor jou. Jij die niet zo'n schijver is, schrijft toch een heel leesbaar en leuk reisverslag. Ben erg benieuwd naar alle foto's. Veel succes met je stage en maak er nog een mooie tijd van.
    Groetjes Olga

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Jasper

Actief sinds 09 Okt. 2013
Verslag gelezen: 377
Totaal aantal bezoekers 5477

Voorgaande reizen:

05 December 2013 - 05 Augustus 2014

Afstuderen

Landen bezocht: